 |
Een greep uit de symptomen van Tourette
|
|
Tourette is bij geen twee personen gelijk. Nooit zal
men dus alle symptomen kunnen opsommen.
Toch willen we hier een greep doen uit een aantal reeds vastgestelde
verschijnselen. Sommige hiervan zijn zo bizar dat men ze zelfs na een
diagnose niet associeert met T.S. Het gevolg is dat kinderen soms toch
nog gestraft worden voor hun Tourette gewoon omdat de omgeving geen flauw
benul heeft dat het hier om typisch T.S.-gedrag gaat. Ook volwassenen
worden door hun partner of familie vaak niet begrepen omdat men niet direct
het verband ziet tussen T.S. en bepaalde 'rare gewoonten'.
Opgelet: voor de diagnose van Tourette moet men niet noodzakelijk
identieke symptomen hebben zoals hieronder beschreven. |
|
 |
|
Vocale tics :
- Snuiven, Kuchen, Hijgen, Slikken, Zingen, Neuriën, Fluiten, Boeren,
Sissen, Blazen, Hikken, Piepen, Grommen
- Ongepaste lachbuien
- Tandenknarsen
- Klappertanden (zonder dat men het koud heeft)
- Neus luidruchtig optrekken
- Steeds een bepaald woord moeten herhalen omdat het zo 'goed' klinkt
- Voortdurend praten, anderen steeds in de rede vallen en onderbreken
- Praten met vervormde stem (hoog, laag,...)
- Vulgair taalgebruik, eventueel zonder
coprolalie (vloeken)
Bv.: voeten = poten, handen = pikkels, vrouwen = wijven, gezicht = bakkes;
terwijl men helemaal niet zo opgevoed is
- Alles hardop zeggen wat men toevallig opmerkt : reclameborden, namen
van winkels, flarden van de radio die aanstaat (binnensmonds of luid)
Vb. Siemens ..., Heineken ..., brood en banket ..., Quick ...
- Anderen altijd in de rede vallen : ze zijn rustig bezig maar net als
je met een bezoeker aan het praten bent, of dat je aan de telefoon geroepen
wordt, komen ze je vanalles vragen en willen aandacht
|
|
Motorische tics
- Hoofdbonken
-
Afwisselend groot en klein schrijven
-
Op tenen of hielen lopen, of op de zijkant van de
voeten
- Allerlei spieren aanspannen en loslaten
- Mond steeds afvegen aan de mouw, waardoor mouwen nat worden en de
mond geirriteerd
- Met de hand over een denkbeeldige grenslijn in de lucht moeten gaan
- Plots een arm of been uitstrekken waardoor anderen vaak schrikken
-
Letters in de lucht schrijven met bv. de ogen, het
hoofd of zelfs de buik
- Op alles te hard drukken, vb. potloodpunt breekt voortdurend, bij
het gommen scheurt het papier (beter met een bic laten schrijven en
fouten tussen haakjes zetten)
- Vingers laten kraken, tenen op een bepaalde manier laten bewegen
- Sprongetjes maken of pirouettes
- Mankend lopen
- Steeds de billen toeknijpen
|
|
Sensorische tics
- Iets niet willen aanraken (reeds griezelen bij het zicht ervan)
- Geen water of zeep kunnen verdragen aan de handen (handen 'voelen'
dan niet goed: te droog of te glad enz.)
- Problemen met kleding: broek zit nooit goed (te los, te vast, ze prikt
etc.)
- Veters zijn nooit goed geknoopt: te los, te strak
- Steeds de grond aanraken (enkele passen stappen, dan bukken, dan weer
enkele passen enz.)
- Voortdurend dorst hebben en tegelijk klagen over een gevoel van hitte,
dit terwijl anderen het koud hebben.(polydipsia)
- Over iets ruw moeten wrijven tot het pijn doet
- Sommigen hebben vaak ook een andere pijngren
- Aan alles en iedereen ruiken
- Een gevoel van warmte, koude, zwaarte, lichtheid, prikkeling of branderigheid
in gewrichten, beenderen of spieren
-
Overdreven likken aan lippen
- Huisdieren plagen en steeds moeten aanraken alhoewel men van ze houdt
- Op bepaald voedsel niet kunnen kauwen (de textuur voelt niet goed:
te zacht, te hard enz.) of de kleur is fout (vb. niets willen eten dat
geel is)
- Aan stopkontakten likken
- Anderen teveel aanraken, vb. op de armen tikken, op achterwerk slaan
(soms heel hard)
- Aan dingen likken: voorwerpen, anderen, zichzelf, handen of muren
|
|
Dwangmatige handelingen
- Sokken moeten precies even hoog opgetrokken zijn
- Wat je juist verboden is net nog eens moeten doen
- Gedachtenspelletjes. Trachten om de zin die men uitspreekt symmetrisch
of ritmisch te krijgen, of wanneer men leest, tussen elk woord even
tot vijf moeten tellen (in stilte) - dit leidt tot haperend lezen en
geeft de indruk dat er een leesprobleem is
- Niet kunnen beginnen aan een taak, 10 maal moeten opstaan om even
iets anders te doen vooraleer men kan starten. Niet kunnen stoppen met
een activiteit
-
Extreem rangschikken en ordenen: handdoeken, glazen
in de kast, enz.
- Rituelen: te lang handen wassen, eindeloos de haren kammen
- Steeds op dezelfde plaats willen zitten aan tafel of in de zetel
- Voorwerpen een aantal maal op de grond laten vallen (potlood, boek,
enz.)
-
Steeds lijstjes maken: met de dagindeling, taken,
uitstap tot in detail plannen
- Twee stappen vooruit en een achteruit gaan
-
De dwang om te telefoneren of om op bezoek te gaan,
niet alleen kunnen zijn
- Geld uitgeven, niet kunnen sparen, koopziek
- Met vuur spelen op een gevaarlijke manier
- Achterdocht: denken dat iedereen met je lacht of naar je kijkt of
over jou aan het praten is
- Sommige mensen zijn zo perfectionistisch dat ze enorm veel tijd verliezen
-
Verzamelen van nutteloze voorwerpen, niets kunnen
weggooien
- De kamer slechts kunnen verlaten volgens een bepaald ritueel, vb.
met drie grote passen tot aan de deur en dan twee maal de deurpost aanraken.
En moeten herbeginnen wanneer dit niet lukt
-
Aangetrokken worden door dieptes (lijkt op een vorm
van hoogtevrees, maar is toch anders)
-
Een evenwicht zoeken wanneer men tussen voorwerpen
van ongelijke grootte staat. Bv.: wanneer zich aan de rechterkant
van de persoon een grote kast bevindt en links een klein bankje,
krijgt men een gevoel van 'uit balans zijn'. Dan moet men zich even
omdraaien zodat de voorwerpen zich even aan de tegenovergestelde
zijde van het lichaam bevinden.
- Scheidingsangst : geen afscheid kunnen nemen, bv. bij het vertrek
naar school moet het afscheid gepaard gaan met een gans ritueel: zoveel
kusjes, x-maal omkijken en wuiven,....
- Overdreven zorgen maken, bv. kinderen die iets lezen of horen over
een nieuwe ziekte of een aardbeving of andere natuurfenomenen, kunnen
daar dagen over door vragen "en kan ik dat ook niet krijgen, en
gaat dat bij ons niet gebeuren..."
- Een gebeurtenis exact chronologisch vertellen zoals ze zich heeft
voorgedaan. Elk detail moet aan bod komen en indien er iets vergeten
wordt, herbegint men van vooraf aan (ziet men vooral bij kinderen).
- Sommige kinderen verlangen ook van hun ouders dat zij bepaalde zinnen
of vragen steeds op een bepaalde manier formuleren. Zij verbergen dit
soms door x maal na elkaar te vragen: "Wat zeg je?" of "Ik
heb je niet verstaan". Ze stoppen pas wanneer de zin 'goed' in
hun oren klinkt.
- Neiging hebben om kostbare voorwerpen te breken of te laten vallen
|
|
Overige
- Nagelbijten
- Op duim of vingers zuigen
- Haren uittrekken
- Zichzelf pitsen en krabben
- Zin hebben om de deur te openen van de rijdende auto waar men in zit
- Het glas waaruit men drinkt met de hand stukknijpen (met eventueel
verwondingen tot gevolg)
- Altijd in de zon kijken
- Ogen even sluiten wanneer men fiets of auto rijdt
- Ogen opensperren, staren, scheel kijken, ogen naar buiten wegdraaien,
een denkbeeldig kruis in de lucht maken met de ogen
- Bril moet perfect verdeeld op de neus zitten, de hele dag door wordt
dit gecorrigeerd
-
Moeite met voortdurend oogcontact
-
Voedsel op het bord bijna ontleden vooraleer men het
eet
-
Niet lang naar een uitleg of verhaal kunnen luisteren,
de gedachten dwalen onvermijdelijk af
- Staren naar mensen
- Flitsend reactievermogen
- Dodelijke directheid (er geen doekjes omheen doen.)
- Bizarre humor, bvb.: een opmerking maken die totaal niet kan, daar
dan zelf onbedaarlijk om moeten lachen, en van de anderen (die niet
meelachen) vinden dat die totaal geen gevoel hebben voor humor
- Slecht sociaal snapvermogen
- Zwart wit etiketten: de ene is een schat, de andere een lul
|
|
NOOT: Zoals U weet is deze lijst eindeloos. Elk individu is uniek
en heeft zijn persoonlijke tics en rituelen. |
|
 |
Laatste wijziging op
15-02-2007
|
Copyright
© vzw Vlaamse vereniging Gilles de la Tourette |